Tips voor het kweken van pompoenen

Het kweken van pompoenen is een leuke bezigheid die nu door steeds meer Nederlandse tuiniers wordt uitgeprobeerd. Bovendien zijn pompoenen een lekker en vers voedingsmiddel dat eenvoudig in je eigen tuin te telen is. Je hebt dus niet alleen de leuke kant – het kweken van de vruchten in je eigen tuin – maar je krijgt er ook een gezond voedsel voor terug. Hieronder vind je enkele tips voor het kweken van pompoenen in je eigen tuin.

Kies de juiste plek

De plek waar je de pompoenen gaat kweken is erg belangrijk. Het liefst zorg je dat de plek waar je ze zet zonnig is, zodat de planten genoeg zonlicht krijgen. Ook stikstofrijke bodems zijn goed voor de groei van de pompoenplanten. Kies dus voor een grondsoort die rijk aan stikstof is, zoals humusrijke aarde, en maak de bodem vochtig. Als het tuintje niet al te groot is, is het een goed idee om de pompoenen te planten in vaten of kuipen. Dit is vooral een goede methode als je verschillende soorten pompoenen wilt kweken.

Zaai en plant

Heb je de juiste plek voor je pompoenen gevonden, dan kan je beginnen met zaaien. Bij het zaaien is het belangrijk dat het zaad vochtig blijft. Zet de zaden dan ook op een vochtige ondergrond en druk het zaad lichtjes aan. Zodra de zaailingen groot genoeg zijn om te planten, haal je ze met behulp van een schop uit de aarde. Als je eenmaal grotere planten hebt, kan je deze in het veld planten. Plaats de planten op ongeveer een meter afstand van elkaar en geef ze elke dag een flinke hoeveelheid water. Zorg ook dat de omgeving van de pompoenplanten vrij van onkruid blijft.

Verzorging

Pompoenen hebben net als veel andere gewassen regelmatig water en voedsel nodig. Bovendien doen ze het erg goed als de bodem waar ze in staan goed vruchtbaar is. Als je de pompoenplanten genoeg voedingstoffen geeft, worden de pompoenplanten groter en sterker. Als je wat compost of mest over de grond strooit, helpt dit bij het voeden van de planten. Als het goed is, produceert elke plant zo’n 6 tot 8 pompoenen.

Oogsten

Als je de verzorging en het telen van de pompoenplanten goed hebt gedaan, zul je al gauw de eerste pompoenen zien verschijnen. Let op dat je de pompoenen pas oogst als ze volledig rijp zijn. De schil moet mooi gekleurd zijn, stevig aanvoelen en de steel dient stevig vast te zitten aan de pompoen. Als je de pompoenen hebt geoogst, laat je ze nog een paar weken ‘rijpen’: dat wil zeggen dat ze na het oogsten nog wat verder kunnen rijpen, waardoor ze meer smaak krijgen.

Bewaren

Je kunt de geoogste pompoenen op verschillende manieren bewaren. Als je een klein aantal pompoenen hebt geoogst, kun je de pompoenen het beste in een luchtige en donkere omgeving bewaren, zodat ze zo lang mogelijk vers blijven. Als je meer pompoenen hebt geoogst, kun je er ook voor kiezen om de pompoenen te drogen en te bewaren voor later gebruik. Hierbij is het belangrijk dat de pompoenen eerst goed schoongemaakt worden en dat de vruchten in dunne plakjes worden gesneden. Je kunt de plakjes op een droge en luchtige plek laten drogen. Wanneer ze helemaal droog zijn, kun je ze in een luchtdichte doos bewaren.

Samenvatting

Pompoentelen is een leuke ervaring waar je ook nog eens gezonde hapjes uit kunt halen. Kies de juiste plek voor de pompoenen en zorg ervoor dat de bodem stikstofrijk is. Zaai vervolgens de zaden, plant de zaailingen en geef de pompoenen regelmatig water en voeding. Ook is het belangrijk dat je op tijd oogst en je de pompoenen goed bewaart. Als je aan al deze punten voldoet, kun je genieten van een eigen oogst pompoenen.

Plaats een reactie